Datamanagement SMA onderzoek & SMA Europe congres

Als afsluiting van de tweede dag van het SMA Europe Congres 2018 werd er een workshop gehouden over datamanagement, met als titel ‘Dataharing & big data’. De focus van deze sessie was vooral gericht op het vraagstuk hoe we als (wetenschappelijke) Europese SMA gemeenschap klinische data op grote schaal beter kunnen delen, wat minder op het ‘Big Data vraagstuk’, hoewel dit zeker in het verlengde van elkaar ligt.

Klinische data
In het onderzoek vanuit het SMA Expertisecentrum in het UMC Utrecht wordt, net als op vele andere plaatsen wereldwijd, veel (klinische) data verzameld. Met data bedoelen we onder andere gegevens van patiënten, zoals leeftijd, geslacht, gewicht, maar ook uitslagen van bloedonderzoek, scores van motorische testen en resultaten van genetisch onderzoek. In het SMA Expertisecentrum hebben we de laatste jaren hard gewerkt om deze data zoveel mogelijk te harmoniseren en te centraliseren. Dit maakt het onder andere mogelijk om nog beter samen te werken tussen de verschillende onderzoeken vanuit ons centrum en kan in belangrijke mate voorkomen dat we veelvuldig dezelfde gegevens opnieuw verzamelen, of dat er gemakkelijk fouten in de landelijke database sluipen. Het resultaat van het werk is een dynamische nationale database waarmee we gegevens snel kunnen inzien, controleren en combineren wanneer dat nodig is. Minstens zo belangrijk is dat het ons in staat stelt de gegevens goed beveiligd op te slaan en te waarborgen dat er alleen gebruik gemaakt wordt van de verzamelde data, voor de doeleinden waarvoor deelnemers aan ons onderzoek toestemming hebben gegeven.
Omdat SMA een zeldzame aandoening is, zijn de patiënten-aantallen relatief klein. Om in de toekomst goed en uitgebreid onderzoek te kunnen blijven doen, wordt er veel nagedacht hoe (een deel van) deze data op grotere (internationale) schaal beschikbaar zou moeten komen. Dat wil niet zeggen dat er niet al samengewerkt wordt door verschillende partijen, maar dit is vaak een samenwerking op basis van een enkele studie die, als deze is afgerond, ophoudt te bestaan. Het was daarom ook goed om de dataharing workshop op het programma te zien.

FAIR
In de inleiding van de workshop kwamen de FAIR principes aan bod. Dit is, als het gaat om data, de hedendaagse blauwdruk van waar data aan moet voldoen: data moet vindbaar (Findable), toegankelijk (Accessible), interpreteerbaar (Interoperable) en herbruikbaar (Reusable) zijn. Dit zijn waardevolle principes, maar zeggen vooral iets over het moment dat er data is over de omgeving waar de data op dat moment huist, minder over de samenwerking tussen verschillende groepen binnen hetzelfde onderzoeksveld.
Het zijn desalniettemin belangrijke zaken, maar ook zaken die zeer afhankelijk zijn van enkele beslissingen die in een vroeger stadium genomen moeten worden. Zo zal men eerst overeen moeten komen welke data we met elkaar gaan verzamelen en daarmee ook iets zeggen over deze data. Van belang is om te zorgen dat er een vaststaande (datat)set komt die niet studie gerelateerd is maar wel bijvoorbeeld gebruikt kan worden om mensen te includeren in een studie. Als verschillende partijen dit op dezelfde manier doen is het zoeken naar geschikte kandidaten bijvoorbeeld een stuk efficiënter geworden en kan er meer aandacht gaan aan andere uitdagende vraagstukken die een studie met zich meebrengt. Zo’n ontwerp samen met de afspraken over hoe deze data te verzamelen en registreren is cruciaal in de realisatie van (schaalbare) dataharing.

De Workshop tijdens het SMA Europe congres
Tijdens de workshop werd gestart met een introductie door 9 panelleden – (kinder)neurologen, SMA onderzoekers, afgevaardigden vanuit de industrie en een juridisch expert op het gebied van de nieuwe Europese Privacy wetgeving.
De gedachte van het “meer ineenslaan van de handen” op het gebied van datamanagement binnen het onderzoeksveld naar SMA, is een breed gedragen streven. Op veel plaatsen wordt geprofessionaliseerd ten aanzien van de data en infrastructuur, door gebruik te maken van betere, meer beveiligde en meer op elkaar gelijkende systemen. Ook wordt er getracht op veel plaatsen goed op elkaar lijkende data te verzamelen, zodat op later moment de gegevens te bundelen zijn en op basis van een nog veel grotere groep deelnemers uitspraken kunnen worden gedaan.
Toch bleek tijdens de workshop ook dat het nog erg lastig is, om tot een concreet stappenplan te komen voor beter datamanagement en ‘data sharing’: op veel plaatsen wordt nog steeds verschillende data verzameld met verschillende doeleinden, waardoor het delen of koppelen van deze data niet eenvoudig plaats kan vinden. Echt heel concrete ideeën over de directe veranderingen die de komende periode moeten plaatsvinden, bleven dan ook uit.

Toekomst
Het laatste gedeelte van de workshop ging vooral over de nieuwe (Europese) wetgeving en welke wijzigingen in de huidige manier van verzameling en management van data nodig zijn. Dit is binnen alle gelederen van het wetenschappelijk onderzoek natuurlijk een hot-topic. Vanwege de vele onduidelijkheden die er nog speelden, was er in het laatste workshop deel minder focus op het identificeren van essentiële stappen naar een verenigd data-Europa. Daarmee lijkt het vooralsnog toch vooral aan de onderzoeksgroepen zelf om dit belangrijke onderwerp in de toekomst op de agenda’s te houden en verbeteringen door te voeren. De kennis die er al wel is, zal gedeeld moeten worden waarbij er genoeg vergelijkbare onderzoeksvelden zijn die verder zijn en waar ‘data sharing’ al meer de standaard is. We zullen voor het SMA Expertisecentrum en de landelijke database de infrastructuur, veiligheid en kwaliteit blijvend toetsen en verbeteren waar mogelijk. Voor het SMA onderzoeksveld volgen we de ontwikkelingen nauwlettend, we berichten hier te zijner tijd verder over.

Vragen?
Heeft u vragen naar aanleiding van dit bericht? U kunt te allen tijde met ons contact opnemen via: smaonderzoek@umcutrecht.nl